Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

Per 1-7-2020 gaat het aanvullend geboorteverlof in werking. Partners kunnen vanaf dan maximaal 5 weken (5 keer het aantal werkuren per week) aanvullend geboorteverlof opnemen.

Partners hebben recht op aanvullend geboorteverlof als het kind op of ná 1 juli 2020 is geboren wordt. Zij moeten het aanvullend geboorteverlof opnemen binnen 6 maanden na de geboorte van het kind en zij moeten eerst het wettelijk geboorteverlof van 1 week hebben opgenomen. Meer informatie over het aanvullend geboorteverlof is terug te vinden via https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/geboorteverlof-en-partnerverlof/geboorteverlof-voor-partners.

Indien er sprake is van aanvullend geboorteverlof moet dient dit gemeld te worden aan het UWV en de uitbetaling hiervan moet gemeld worden opgenomen in de loonaangifte. Voor een juiste verwerking hiervan geldt kan deze procesbeschrijving worden gebruikt.

Stap 1: Nieuw rekeningnummer vastleggen

...

1. Ga naar het tabblad ‘Flexwerkers > Arbeidsongeschiktheid’ bij de flexwerker.
2. Kies bij ‘Actie’ voor ‘Vastleggen aanvullend geboorteverlof’ en daarna voor ‘Uitvoeren’. 
3. Als eerste dien je bij ‘1e arbeidsongeschiktheidsdag’ de eerste dag van het aanvullend geboorteverlof in te vullen en bij ‘Datum (vermoedelijke) bevalling’ de datum van de bevalling. De bevallingsdatum moet op of na 01-07-2020 vallen. De '1e arbeidsongeschiktheidsdag' dient minimaal 1 week na de bevallingsdatum te liggen, omdat eerst het wettelijk verlof dient te worden opgenomen.
4. Kies vervolgens voor ‘Controleren’ waarna je de rest van de gegevens kunt controleren en invoeren.
5. Bepaal bij 'Loopt uitkering via UWV' of de uitkering via het UWV of via jou loopt. Hiervoor geldt in principe het volgende (informatie van de Belastingdienst): De uitkering wordt via de werkgever aangevraagd en aan de werkgever betaald. Alleen in situaties dat er geen werkgever meer is, wordt de uitkering rechtstreeks aan de werknemer betaald.
6. Bij ‘Geboorteverlof opgenomen’ geef je aan of het wettelijk geboorteverlof reeds is opgenomen (dit is een voorwaarde voor het kunnen opnemen van het aanvullende geboorteverlof) en selecteer je het aantal weken dat de werknemer aanvullend geboorteverlof wil opnemen.

...

Werkgevers geven bij de aanvraag van de WAZO-uitkering een startdatum van het verlof en het totaal aantal weken op te nemen verlof op (dus 1, 2, 3, 4 of 5 weken). De aanvraag kan eenmalig worden ingediend. Aanvragen kan in de periode die gelegen is tussen 4 weken voor de eerste dag waarop het aanvullend geboorteverlof wordt opgenomen en 4 weken na de laatste dag, waarop dat verlof is opgenomen. Dus als eerder 3 weken aan het UWV zijn opgegeven als op te nemen verlof en later wil iemand toch nog 2 weken extra, dan staat er in ieder geval geen WAZO-uitkering meer tegenover. Werkgever en werknemer moeten van tevoren dus goed nadenken over het aantal weken verlof dat wordt opgegeven bij de aanvraag. Indien er twijfel is over het aantal op te nemen weken aanvullend geboorteverlof, is het wellicht een optie om de uitkering pas aan te vragen na afloop van het verlof (maar wel binnen vier weken na afloop).

...

De uitbetaling van het aanvullend geboorteverlof doe je met het in stap 2 aangemaakte looncomponent.